rkparochiesintjangoedherder_introductie.jpg

Dinsdag 2 februari 2016 - MARIA LICHTMIS

Opdracht van de Heer in de tempel
Lezingen: Maleachi 3:1-4 en Lucas 2:22-40
 
Het feest dat wij op de 40e dag na kerstmis (2 februari) vieren, vindt zijn oorsprong in twee voorschriften van de joodse wet, die nauw samenhangen samen met de geboorte van een eerstgeboren zoon uit een joodse vrouw. In het begin van de evangelielezing op deze feestdag worden wij herinnerd aan deze bepalingen in de Wet van Mozes: ‘Toen de tijd aanbrak, waarop zij volgens de Wet van Mozes gereinigd moesten worden, brachten zij het Kind naar Jeruzalem om het aan de Heer op te dragen, volgens het voorschrift van de Wet des Heren: elke eerstgeborene van het mannelijk geslacht moet aan de Heer worden toegeheiligd, en om volgens de bepaling van de Wet des Heren een offer te brengen. Namelijk een koppel tortels of twee jonge duiven’.
 
Deze twee voorschriften hebben er toe geleid dat het feest nu onder twee namen bekend staat. De meest gangbare en bekendste is: ‘Maria Lichtmis’, terwijl ‘de Opdracht van de Heer in de tempel’ de liturgische benadering is geworden. De eerste naam verwijst naar het menselijk voorschrift betreffende het reinigingsbad van een joodse vrouw die een kind gebaard heeft. In dit gegeven heeft de kerk aanleiding gezien om als afsluiting van de periode na de geboorte van Jezus te gedenken dat Maria de Moeder van God is. Zo werd deze feestdag beleefd als een feest ter ere van Maria. Vandaar de naam Maria Lichtmis.
 
Na het Tweede Vaticaans Concilie is de gedachtenis van het goddelijk moederschap van Maria geplaatst op Nieuwjaarsdag,1 januari, het Hoogfeest van Maria, de Moeder van God. Nu wordt op 2 februari vooral aandacht geschonken aan het andere goddelijke voorschrift dat elk eerstgeborene van het mannelijk geslacht aan God moet worden toegewijd. Zo is de nadruk komen te liggen op Jezus, de eerstgeborene. De zegening van kaarsen en de lichtprocessie aan het begin van de eucharistieviering op deze dag wordt nu gezien als onze opgang naar een ontmoeting met God.
 
Als eerstgeboren zoon wordt Jezus in de tempel opgedragen aan God. Je zou verwachten dat heel Jeruzalem uit zou lopen op de dag dat Jezus de tempel wordt binnengedragen. Maar het kerstkind is niet gekomen om alle eer voor zichzelf op te eisen. Tot vier maal toe staat er in het Evangelie dat het Kind zich zal onderwerpen aan de ‘Wet van God’. Jezus staat daarmee in de traditie van zijn volk. Een Bar-Mitswa, een Zoon van de Wet, zal er uit dit Kind groeien.
 
Wat er gebeurt op die 40e dag na de geboorte heeft te maken met het oude paasverhaal van Israël. De zonen van Egypte stierven, de eerstgeborenen van Israel werden gespaard. Maar Israël zei: dat is niet vanzelfsprekend, we zijn geen haar beter dan die mensen in Egypte, het is puur genade van God. Daarom spraken zij af hun eerstgeborene aan God op te dragen. Dat zijn de coulissen van het verhaal. Het verhaal zelf is een verhaal vol ontmoetingen. De priester neemt in de tempel met 'n droog en onbewogen gezicht de twee tortelduiven, aan. Hij ziet de mensen nauwelijks staan. Je kind aangeven op ’t gemeentehuis, zoiets is het. Zélf ben je blij en trots, maar de man achter het loket doet alsof 't de gewoonste zaak van de wereld is!
 
Nadat de korte plechtigheid achter de rug is, komen er twee mensen op Jozef en Maria af: een man en een vrouw. Voordat ze van hun verbazing bekomen zijn, heeft de man het kind al in zijn armen. Hij zingt een soort psalm en spreekt moeilijk te begrijpen woorden. De vrouw begint te orakelen tegen mensen in de buurt. Wie er langs zou lopen, zou niet veel anders zien dan en klein onopvallend groepje mensen. Zoals er zoveel van die groepjes staan op het tempelplein. Wie ooit bij de Klaagmuur is geweest, weet wat een geroezemoes het daar is. Overal plukjes biddende en pratende mensen.
 
Wie en wat is die oude Simeon? Hij is oud en moe zegt de traditie. ‘Laat nu, Heer, uw dienaar in vrede gaan.’ Je zou kunnen lezen: ‘Iaat uw dienaar in vrede gaan, want het is gebeurd, ik heb het mogen beleven.’ Oude Simeon leg nu je hoofd maar neer, want de Messias is eindelijk gekomen. Maar dat staat er niet! Er staat letterlijk: ‘Gij hebt, o Heer, uw dienaar losgemaakt’. Geheimzinnige woorden. Wat is dat losmaken? We komen het tegen in Lucas 13: een kreupele vrouw wordt losgemaakt en kan weer lopen. We komen het tegen in Lucas 14: iemand met oedeem wordt losgemaakt en kan weer lopen.
 
Simeon komt tot een warme getuigenis en zingt zijn lied. De kerk van het westen heeft van dit lied van Simeon een avondgebed gemaakt, maar Calvijn besloot er het Avondmaal mee: laat mij nu aan de gang gaan! Zo verlaat Simeon de wachterspost en gaat hij opnieuw het leven in. Lucas vertelt het verhaal van de man die het zag, die het zag tot in het diepst van zijn hart. Geen stralend kind zag hij, maar een kind dat bestemd is tot val en opstanding van velen.
 
Lit. W.van der Zee, Vandaag gebeurt het, Boekencentrum
 
Ambro Bakker s.m.a.
Deken van Amsterdam