nicolaaskerk.jpg

Zondag 6 maart 2016 – Zondag Laetare - ALL YOU NEED IS LOVE

4e zondag 40-dagentijd - C
Lezingen: Jozua 5:9a.10-12 en Lucas 15:1-3.11-32
 
Soms verliezen mensen elkaar uit het oog. Programma's als ‘Spoorloos’ en ‘Adres Onbekend’ zijn daar op gebaseerd. Ook een programma als ‘Alle you need is love’, waarin je van iemand hoort dat ze al 40 jaar haar moeder niet heeft gezien, omdat die op de Zuidpool woont. En wie staat daar - snif, snif - al tussen de coulissen te wachten? En de presentator zegt dan fijntjes: ‘we zien u terug na de reclame!’
 
In onze wereld zijn miljoenen mensen elkaar kwijtgeraakt: door oorlog en geweld, door gewetenloze ontvoeringen. Miljoenen mensen op de vlucht geslagen. Elke dag, die God ons geeft, verdwijnen er mensen uit ons midden. Ze worden als vermist opgegeven, in de praktijk als verloren beschouwd. Er zijn ouders die hun kinderen kwijt zijn, kinderen die hun ouders hebben verloren, echtgenoten die elkaar hebben losgelaten. Soms zijn mensen niet spoorloos en is hun adres wél bekend. Maar we lopen en rijden er met een brede boog om heen, want we willen niets met ze te maken hebben! Voor ons is hun adres onbekend!
 
Het woord ‘verloren’ heeft een droevige klank: ouders verloren, je bezit verloren, je gezondheid kwijt, je goede naam naar de knoppen. Jezus heeft het vaak over ‘Verloren zijn’. Het hele 15e hoofdstuk van het evangelie van Lucas gaat over ‘verliezen’. Jezus vertelt daarin drie verhalen. Een herder is een schaap kwijt, een vrouw een geldstuk, en een vader zijn zoon. En over die verloren zoon gaat het vandaag op halfvasten. Het gaat over verliezen en verloren lopen.
 
De parabel van de ‘Verloren Zoon’ is Jezus' antwoord op ’n verwijt dat Hem gemaakt wordt. Ze verwijten Hem dat hij aan tafel zit met zondaars. Jezus begrijpt er niets van. Voor Hem is dat vanzelfsprekend! Dit soort vragen moet je nooit aan Jezus stellen. Zo moet je Jezus nooit de vraag stellen of God bestaat. Hij zou je verbaasd aankijken en zeggen: God niet bestaan? Dacht je dat Ik uit de lucht ben komen vallen? Wie zou Mij anders gezonden hebben? Dat God bestaat, staat voor Hem als een paal boven water. Hij blijkt God te kennen als geen ander. Over zijn hemelse Vader wil Hij ons vanmorgen iets vertellen.
 
Het verhaal is bekend. Een verhaal over een vader met twee zonen. Eén van hen kan thuis zijn draai niet vinden. Hij wil op kamers, liefst nog in het buitenland. Hij jaagt in een korte tijd zijn vaders erfdeel erdoor, verkwist veel geld, maar doet ongetwijfeld ook veel ervaringen op. Als zijn geld op is, wordt hij gastarbeider in een vreemd land. Hij mag op de varkens passen, als hij maar van het varkensvoer afblijft! De jongen denkt: thuis was het zo slecht nog niet! Daar had ik tenminste voldoende te eten. Al moet ik thuis de knecht van m'n vader worden - en beter verdien ik eigenlijk ook niet - het is daar beter dan hier. De vader ontvangt hem met open armen en zegt: ‘Mijn zoon leek verloren, maar is weer terug!’ Einde verhaal. We kennen het vrijwel van buiten.
 
Hij is de geschiedenis ingegaan als ‘de Verloren Zoon’. In de oude Engelse King Jamesvertaling - zoiets als onze Statenbijbel - wordt hij niet de verloren zoon genoemd, maar de ‘Prodigal Son’. Dat betekent: de verkwister! In het evangelie staat: ‘En deze verkwister komt tot nadenken’. In de stank van de varkensmest wordt hij geconfronteerd met zichzelf op een manier zoals dat nog niet eerder gebeurd was. Hij, de luchtige feestvierder, de vrolijke losbol. En laten we nu niet denken dat dit verhaal over anderen gaat, we zijn zelf de hoofdpersoon, want in het verhaal van de verloren zoon herkennen wij veel van onszelf. Dus spitst uw oren, want Bijbelverhalen gaan niet primair over anderen, maar vooral over ons zelf!
 
Maar gaat het in de parabel eigenlijk wel over een verloren zoon? Misschien zouden we het de parabel van de ’verloren vader’ moeten noemen. Want als je je kind kwijtraakt, ben je ook zelf nergens meer. En dan lezen we het verhaal ook anders. Dan heeft Jezus het ongetwij¬feld over Zijn Vader in de hemel, die geen mens laat vallen, niemand loslaat en zijn mensenkinderen altijd weer nieuwe levenskansen geeft. Het is de Vader die zijn zoon vrij laat, zelfs als hij een kant uitgaat die Hem ongewenst lijkt. En als Zijn kind terugkomt, gaat die Vader niet uitpluizen wat er allemaal gebeurd is. Of in de woorden van zoveel moeders: ‘Mijn deur staat altijd open voor mijn kinderen, wat er ook gebeuren mag!’ Dan gaat het vanmorgen niet over een verloren zoon, maar over een bijzonder trouwe Vader.
 
Ik zou de parabel ook kunnen noemen: ‘de parabel van de verontruste zoon’. Want als deze parabel wordt uitgelegd, wordt de rol van de oudste zoon altijd wat onderbelicht. De oudste zoon zou tevreden zijn geweest, als zijn broer door het stof naar huis was gekropen. Hij had excuses moeten maken, z'n hoofd diep moeten buigen, letterlijk door de knieën moeten gaan, want hij heeft het halve familiebezit er door gedraaid. En niet eens om een eigen zaak te beginnen, maar om er feest mee te vieren. Intussen had hij zich kapot gewerkt op de boerderij van zijn vader. Je kunt dan wel goed zijn, maar dat betekent nog niet dat je een gaatje in je hoofd hebt!
 
Zo zijn er veel verontruste zonen in de wereld, ook hier in de kerk! Op zondagmorgen zitten we trouw in de kerk, terwijl onze broer uitslaapt. En als mijn broer in de kerk wil trouwen, wordt hij nog gastvrij onthaald ook! Andere mensen leven als God in Frankrijk, terwijl wij vroeg ons bed zijn uitgegaan. Velen van ons geven de oudste zoon eigenlijk in ons hart gelijk. Net als de oudste broer accepteren wij niet dat de Vader barmhartig is. Wij voelen ons zo gauw miskend. Wij denken in termen van rechten en plichten.
 
Wat moet je met zo'n broer? Wij voelen ons miskend! Daarmee ageert Jezus tegen Schriftgeleerden en Farizeeën, die de wet onderhouden en daar prat op gaan. Maar is God exclusief hun Vader? Is God dan ook niet bij uitstek de Vader voor mensen die in dit leven hun draai niet kunnen vinden en eigen wegen gaan? Is de zoon die experimenteert met het leven, naar eigen wegen zoekt, slechter dan de zoon die veilig onder de wet leeft?
 
In het museum Boymans-van Beuningen in Rotterdam hangt het bekende achthoekige schilderij van Jeroen Bosch - de Verloren Zoon genaamd. Deze zoon, die een bordeel de rug toekeert, staat daar met knikkende knieën. Hij is bezig om zich te bekeren, om zich om te keren. Maar het wil nog niet helemaal lukken. Zijn hoofd heeft hij nog half naar het bordeel gewend. Maar uit het hele schilderij spreekt dat het goed komt met deze verloren zoon.
 
De parabel van de Verloren Zoon is het verhaal van Schuld en Boete. Een trouwe Vader doorbreekt het gezeur. Hij zegt tegen de oudste zoon: ‘het blijft je broer en zonder vergeving kan hij niet verder.’ ‘Die zoon van jou’, zegt de oudste zoon tegen zijn vader. ‘Nee, die broer van jou’, antwoordt de vader. Wie niet geloven wil, niet geloven kan, dat er altijd een weg terug naar God mogelijk is, staat als de oudste zoon vol wrevel buiten. Binnen is het feest, want de verloren zoon is teruggekeerd. De echte verloren zoon staat buiten en weigert deel te nemen aan het feest. Hij is boos, omdat hij de zoon is van een bijzonder trouwe vader. We weten trouwens niet eens of de oudste zoon deelgenomen heeft aan het feest. Dat wordt heel bewust in de parabel opengelaten. Maar wie aan de deur blijft staan, is in dit verhaal de eigenlijke verloren zoon...  All you need is Love!
 
Ambro Bakker s.m.a.
Deken van Amsterdam