doors.jpg

Zaterdag 15 april 2017 - HET PAASGEVOEL

Lezingen: Genesis 1:1-2:2 – Exodus 14:15-15:1 - Matteüs 28-1-10
 
Bijna elk jaar komt er rond Pasen een televisieprogramma, waarin het ‘Paasgevoel’ van mensen wordt onderzocht. Antwoorden op de vraag ‘wat vieren we met Pasen?’ zijn altijd verbluffend. De een zal antwoorden dat hij niet weet wat er met Pasen gevierd wordt. Een ander zal zeggen dat het feest te maken heeft met de geboorte van Jezus. Ongetwijfeld zal een derde zeggen dat 't een lentefeest is, compleet met paaseieren en paashaas. En op de vraag van de interviewer of Pasen ook iets te maken heeft met Jezus, zal wel iemand weer met alle stelligheid beweren: ‘nee dat niet.’ Hoe zit het met uw Paasgevoel? Het feit dat u hier in de kerk bent, laat zie dat u er anders over denkt. Dat Pasen voor u nog inhoud heeft. Welke inhoud?
 
U kent dat verkeersbord vast wel: een blauw bord met een witte streep die loopt van beneden naar boven, met op de top een rode balk. Het staat aan het begin van een weg of straat die doodloopt. Dat wil zeggen: je kunt er 'n stukje ingaan, maar de weg loopt dood. Opdat je niet voor verrassingen komt te staan, word je al aan het begin van de straat gewaarschuwd. Een doodlopende weg. Dat bord staat ook aan het begin van onze levensweg. Want alle leven eindigt met en in de dood. Als je als klein kind in de wieg ligt, beginnen wij mensen te tellen. Het kind is één dag oud, één week, één jaar, zes jaar, twaalf, veertig, zeventig, tachtig, honderd jaar. En dan kom je al dan niet met foto in de krant. Wij tellen op: wat 'n leeftijd!
 
Maar God leert ons aftellen. Wij hebben een aantal uren, dagen, maanden, jaren toebedeeld gekregen en elke dag is er één. Psalm 90 leert ons: ‘Heer, leer onze dagen zo (af)tellen, dat we een wijs hart krijgen’. Elk leven eindigt vroeg of laat in de dood. We bevinden ons allemaal op een doodlopende weg. Aan het einde staat een rode balk. Tot hier en niet verder! De Matteüspassie van J.S. Bach eindigt, zoals we gisteren op Goede Vrijdag al hoorden: ‘Wir setzen uns in Tränen nieder’: Rust zacht, het is voorbij, zand erover! 
 
Donkere wolken hangen rond onze oude aarde. In duisternis zitten wij. Is er werkelijk sprake van 'n streepje licht? In deze nacht wordt ons verteld, hoe God zijn volk bevrijd heeft uit de slavernij van Egypte. De machtige farao deed zijn uiterste best het volk der Hebreeën naar de ondergang te voeren. In uiterste nood bleek Gods redding nabij. In de verhalen die wij vannacht hebben gehoord is de dood volop aanwezig. Er lijkt geen ontkomen aan. En toch maakt geen doodse woestijn, geen ballingschap, geen holocaust een einde aan het verhaal van het Gods Volk, al zijn de wonden in de loop der eeuwen groot en nauwelijks te helen.
 
De Amerikaanse psychiater, Dr. Moody, heeft een boek geschreven over ervaringen van mensen die klinisch dood zijn geweest. Hij heeft 150 mensen onderzocht, die vertelden dat zij na hun dood ‘iets’ van het hiernamaals hebben gezien. En veel van die mensen, gelovigen en niet-gelovigen, vertellen over een tunnel waar ze doorheen gingen. Het was geen doodlopende weg, maar een tunnel die uitliep op een helder licht. Een indrukwekkend boek. Maar toch brengt het je niet tot geloof. Het kan hoogstens een steun voor je geloof zijn. Maar als je niet gelooft, zullen mensen zeggen: ze waren niet echt dood, ze hallucineerden.
 
Wij vieren 't Paasfeest in 'n wereld vol dood en doodsdreiging. Wat valt er vannacht te vieren? Pasen ontkent de dood niet. Integendeel: Pasen begint op het kerkhof! Pasen veronderstelt de dood. Jezus is de dood ingegaan, maar Pasen vertelt ons dat Hij de doodstunnel ook weer heeft verlaten. Dat is 't verschil tussen 'n tunnel en 'n spelonk. In 'n spelonk, in 'n grot, loopt elk leven te pletter. Er is alleen een ingang, geen uitgang. Maar een tunnel kun je in- en uitgaan. Doodgaan betekent geen definitief einde van alles, Een tunnel heeft het over een doortocht (naar het nieuwe leven bij God).
 
Pasen 2017: mensen verwikkeld in gepraat. ‘Voor mij is 't geen feest’, zegt de een, ‘want hoe kan ik het leven bejubelen, wanneer ik om mij heen overal de dood van onschuldigen zie en de marteling van rechtvaardigen’. Zonde eigenlijk van al die mensen die niet meer uit de tunnel komen en in de tunnel blijven steken! ‘n Man en 'n vrouw in gesprek over wat er mis ging en over wie er fout zat, over vergane glorie, over hun verwachtingen en teleurstellingen. Zonde van al die mensen dat zij in de tunnel blijven steken! Zo is het leven: gevangen in de dood van beter weten en schuldgevoel. Zonde eigenlijk dat ik in de omgang met anderen vaak meer spoken zie dan mensen!
 
Maar de weg door het leven zou te lang zijn en te zwaar, als we niet zouden mogen leven van dromen en visioenen, van beloften en liederen, van wonderen overal die ongelooflijk te geloven zijn. De weg zou te lang zijn, te zwaar en te onzeker, als we niet zouden mogen leven van een Geest die zweeft over de wateren, en die eeuwiger waait dan die paar jaren dat wij deze wereld bewonen. Een Geest die zweeft over de wateren en die het langer uithoudt dan de strompelende kracht van onze eigen voeten. Zo wordt de dood geen springplank naar duistere diepte van verlorenheid, maar een oprit naar het nieuwe leven. Wie gelooft in het wonder van Pasen, wandelt vannacht, aan de hand van God, het nieuwe leven binnen. Dan heeft het Licht zich voorgoed ontworsteld aan de duisternis. De woestijn van het leven is definitief veranderd in een bloeiende wijngaard. Dat staat vast: als 'n (kruis)paal boven het (doop)water!
 
Ambro Bakker s.m.a.
Deken van Amsterdam